maandag 4 augustus 2014

De rivieren van Zuidwest-Engeland


Falmouth, Dartmouth, Exmouth, Plymouth, Weymouth en ga zo maar door. Allemaal plaatsen en plaatsjes aan de Engelse zuidkust en allemaal aan de monding van een rivier of riviertje. Falmouth aan de Fal, Plymouth aan de Ply. En dan nog een aantal zonder Mouth. Zoals Fowey en River Yealm. En allemaal even mooi.

De zuidkust voorbij Wight is mooi. Dat wisten we al, uit verhalen van andere zeilers en uit artikelen in onze ‘vakbladen’. Met eigen ogen hadden we daarvan nog niet eerder iets gezien. Bij een ‘rondje Engeland’ kom je er vroeg of laat aan voorbij. Voor ons is dat nu het geval; en we genieten er met volle teugen van.
Dat begon al bij het binnenlopen van Falmouth. Alles draait daar om nautische activiteiten. Het is een aaneenschakeling van marina’s, moorings met een grote diversiteit aan schepen erachter en daar tussendoor ook nog geankerde schepen. Het stadje zelf bruist van de toeristen en de ‘bootjesmensen’. In de monding van de Fal komen verschillende breed uitwaaierende riviertjes bij elkaar en in elk daarvan is het tafereel hetzelfde. Met Falmouth als centrum.

De pub tegenover de marina in Falmouth heeft een correcte 
naam
Wij doen een paar boodschapjes. Wat verse spullen en twee nieuwe fenders. Twee exemplaren van onze aloude voorraad hebben het begeven toen ze twee dagen geleden de Brandaen een dag lang van de kademuur in St. Ives hebben gehouden. De mosselen en pokken op de muur waren zo scherp dat ze door het dikke kunststof sneden. Die twee fenders hangen er nu slapjes bij. Maar ze hebben hun werk goed gedaan! Twee nieuwe dus, net nog een maatje dikker.

In Falmouth maken we met plezier ook nog gebruik van een andere faciliteit: de pub. We strijken aan het einde van de middag neer in een van de pubs aan de waterkant, net op het tijdstip dat lokalen en bootjesmensen daar om de bar verzamelen voor de vrijdagavondpint. Schitterende pub met zo’n beetje elke vierkante decimeter van alle wanden behangen met foto’s uit vervlogen tijden en kleine prullaria. Een gezellig geroezemoes en een prima plek om in een hoekje met uitzicht op de haven het blog bij te werken en een beetje te what’s appen met Hans van de eaSea en Hans van de Seventy-7. Beiden onderweg langs de zuidkust in westelijke richting. Over een paar dagen ontmoeten we elkaar en varen dan verder samen op.
We hebben nog even de tijd en willen het nodige van dit deel van de kust zien. Dus de volgende tocht gaat naar Fowey, twintig mijl verderop. De wind is uit het westen en we varen dus heel ruim, lekker zeilend zijn we er in een paar uur. Weer een kaap met de nodige ondiepten ervoor gerond. Het laatste rak van de kaap naar de ingang varen we halve wind, windkracht vier à vijf. Nou, beter kun je het voor de Brandaen niet hebben. Met volle zeilen –grootzeil, fok en kluiver- dendert ze door het water. Een paar andere zeilers voorbij die met deze wind en deze koers af en toe uit het roer lopen. Brandaen niet, die geniet hiervan. Op andere koersen is het geen snel schip, maar bij deze wind…

Een zeilwedstrijd voor de kuip, nog spannend ook!
Fowey is een klein plaatsje tegen de westoever van deze riviermonding. De ingang is redelijk smal, daarna wordt het water breder en rustiger. De harbour master wijst ons via de VHF een mooring en in eendrachtige samenwerking lukt het ons daar in een keer aanvast te maken. We liggen. In het centrum van de zeilwedstrijd die even later start en zich zo’n beetje rond onze kuip afspeelt. Kleine, open gaffelgetuigde boten met enorm veel zeil. Het waait stevig en aan de wind gaan ze echt meer dan 45 graden schuin. Met hun diepe S-spant hebben we veel gewicht onderin dus ze blijven overeind. Ze varen misschien wel tien rondjes bij ons langs en langs de kade van Fowey. Als we met de rubberboot naar de wal varen gaan we er met een grote boog omheen. We willen de wedstrijd niet verstoren. 
Mooie wandelpaden met schitterend uitzicht
We slenteren door het stadje, maken een stevige wandeling over het coastal path naar het westen en eindigen … in de pub. Geen verkeerde combinatie van activiteiten, toch. Naderhand maken we met ons rubberbootje met 2 pk buitenboord een tochtje verder de rivier op. Heel veel verder gaat niet, want daar stopt het al. Bijzonder mooie omgeving hier.

Dat het nog mooier kan zien we een dag later op River Yealm, opnieuw ongeveer twintig mijl verder richting huis. Als we rond acht uur vertrekken is het heel rustig rond de mooring in Fowey. Stationair motoren we naar buiten en komen langzaam in meer golfslag. De wind is westzuidwest, net iets teveel west om lekker te varen. We rollen en waggelen dus, maar de tocht is niet lang. Net voorbij de baai van Plymouth ligt goed verscholen de ingang naar Yealm. Rustig aanvaren op een koers van 30 graden naar de kerk van een dorpje in de verte, dan honderdtwintig graden stuurboord uit, zo’n beetje recht op hoge rotsen af. Daaronder liggen twee rode boeien. Je moet tussen de rotsen en de boeien door, voorbij de boeien ligt een sandbar, die alleen op dit stukje wordt weggehaald. Meteen na de tweede rode ton weer honderdtwintig graden naar bakboord. Gelukkig staan er twee geleidetekens op de rotsen. Dan het midden van de rivier houden. Zo slingeren we naar binnen. Daar is het een drukte van belang. Niet zozeer met mensen, danwel met boten en bootjes. De hele rivier ligt vol moorings en aan bijna elke mooring een bootje. We kunnen het vaarwater eigenlijk niet onderscheiden. Ergens tussen al deze drukte liggen drie moorings voor visitors. En verderop een paar drijven de pontons waar je kunt afmeren. Wij pikken een vrije visitorsmooring op. Die kan vijfentwintig ton houden. Dat past.

Hét vervoermiddel op de rivieren, de dinghy. Hier een heel cluster voor
het Yealm Hotel
Het is hier anders dan in Fowey. Veel steiler en compacter, met zwaar begroeide hellingen. Samen met het heldere water en de heerlijke zon lijkt het wel een tropisch paradijs!
De wind volgt de rivier en waait zo naar binnen. Normaliter waai je aan een mooring met de kuip van de wind af. Het is echter afgaand water en dat trekt zo aan de boot dat de kuip toch aardig in de wind ligt. Ermi ligt zo’n beetje voor het eerst wat te zonnen, ik doe wat achterstallig schilderwerk.
Thee met een koekje en dan is het tijd om de rubberboot op te pompen en aan wal te gaan. Dat gaat snel. De havenmeester wijst ons de weg naar het dorp en dat levert opnieuw een leuke wandeling op naar Newton Ferrers. Naarmate we verder komen daalt het water verder en valt de rivier droog. In het dorpje kunnen we over een soort betonnen trottoir naar de overkant van de rivier lopen, naar Noss Mayo. Zonder modder aan onze schoenen te krijgen. 
De oversteekplaats van Newton Ferrers naar Noss Mayo
Met een lange boog komen we terug in Newton Ferrers en belanden daar in The Yealm Yacht Club. Ik schrijf ons in in het gastenboek, we drinken een biertje en kunnen weer eens internetten met volle snelheid.


Morgen naar Dartmouth, is het plan. Een volgende pittoreske halteplaats. Bij regen en in andere jaargetijden zal het er hier allemaal best wat minder florissant uitzien, maar onder deze omstandigheden. Perfect.




De invaart van Dartmouth

1 opmerking:

  1. Hallo Ermi en Geert,
    Net pas jullie blog ontdekt en de komende uren ben ik dus onder de pannen want het leest als een trein. Ik ga van boven naar beneden en zal dus tegen jullie vaarrichting in een rondje Engeland meebeleven. Nu op bekend terrein (mooi plekje, die Yealm) maar zelf nog nooit Lands End gerond dus benieuwd naar jullie ervaring.
    Behouden thuiskomst en tot snel op de steiger in den Osse,
    Wilma a/b Daurade

    BeantwoordenVerwijderen