In plaats van lekker lang uit te slapen zijn we hier op het
kanaal vroeg uit de veren. Er hangt een serene rust over het water. Het enige
geluid is het knisperen van het grind onder de Nikes van een enkele fanatieke
jogger. Het kanaal is als een spiegel. Een stil ontbijt. Zachtjes maken we de
lijnen los, en weg zijn we.
We hebben het Crinan Canal voor onszelf. Zo langzaam als de motor kan, drijven we richting de volgende brug en sluis. De zon schijnt overvloedig, iedere wandelaar steekt enthousiast zijn of haar hand in de lucht. In alle rust ‘doen’ we de eerste sluis. En de brug daarna. Dan sluiten we aan bij een motorboot die lokale assistentie heeft ingehuurd voor de tocht door het kanaal. Die doet het werk op de kant en maakt het voor ons nog gemakkelijker. Dan zijn we in het bassin voor Lock 1 en moeten we wachten tot de van zee inkomende jachten zijn geschut. Koffie dus. Met koek.
Sluismuurbegroeiïng, halve tijd onder water, rest erboven |
Dan gaan de deuren open en ligt het zoute water weer voor ons. We gaan
stuurboord uit, Loch Fyne op. Het waait, we zeilen aan de wind richting
Tarbert. Naarmate we vorderen neemt de wind toe tot een dikke 4 Bft. Brandaen
gaat als een speer. We minderen zeil en Brandaen blijft gaan. Er komt water
over, dit is weer eens lekker stevig zeilen.
De aanloop van Tarbert is nog even spannend. Het is laag
water en het gaatje kronkelt en is nauw. Dan zijn er doorheen en komen in een
ruime haven, omgeven door het dorp.
Ermi bij het kasteel, achter haar Loch Fyne |
Dat leefde decennialang van de
haringvisserij. En daardoor was het een strategische plek op de smalste plek
van Loch Fyne. Al in de zevende eeuw was er hier op de top van de heuvel een
soort kasteel. Na allerlei overgangen en veroveringen werd het in de
Middeleeuwen een kasteel van de King of Scotland, Robert de Bruce. Eerder al,
in 1098, sleepte koning Magnus Barford van Noorwegen zijn schip van het
oost-loch naar het west-loch. Over de heuvel heen, om aan te tonen dat Kintyre
een eiland was. Hij had namelijk alle eilanden van Schotland waar hij omheen
kon varen gekregen van de koning van Engeland. De oversteek hier is smal,
hooguit twee kilometer, maar het lijkt ons toch een lastig karwei om op die
manier je schip aan de andere kant te brengen. Het Castle kijkt uit over het
loch naar het oosten en de mooie binnenbaai met nu de marina met een aantal
moorings aan de westkant.
Uitzicht over de marina van Tarbert |
Daags erna stomen we na een bezoek aan de bakker met verse
broodjes op ons gemak naar buiten. We weten nu de weg, da’s een stuk minder
stress. Opnieuw gaan we stuurboord uit, verder naar het zuiden. Dat merken we
’s-Ochtends en ’s-Avonds al duidelijk. In Inverness waren de dagen een stuk
langer. Hier begint het om tien uur al behoorlijk donker te worden. De dagen
korten alweer en we gaan zuidelijker. Dubbelop dus.
Bij Skipness Bar staat er inmiddels zoveel wind dat we
lekker kunnen zeilen. Een voor een komen ze erbij: grootzeil, fok, kluiver.
Onder vol zeil stomen we de Kilbrannan Sound in met aan stuurboord het
schiereiland Kintyre en aan bakboord het eiland Arran. Twintig mijl
straitforward volgens de pilot en inderdaad één waypoint voor de ingang naar
Campbeltown (ook wel Whisky City genoemd in het verleden). Nauwelijks andere
schepen te zien. Wel een paar dolfijnen en later een paar zeehonden. Helaas
neemt de wind af en de regen toe. Zoveel regen dat we de kuiptent dichtmaken en
vanaf ons droge plekje navigeren en bijsturen. Helaas, het laatste stukje
moeten we toch weer naar buiten de nattigheid in. Over een rimpelloos
Campbeltown Loch glijden we naar het ponton, dat schuilgaat achter de hoge
kades van de vissershaven ervoor. In de druillerigheid leggen we aan, drinken
thee en gaan op zoek naar diesel. Een uur later zijn alle jerrycans gevuld en
wel terug aan boord. Wij hebben bezwete ruggen onder onze natte jassen. Hoogste
tijd dus voor de pub! Het wordt The Feathers, waar we in de bar een plek vinden
met redelijk wifi. Twee heerlijke Carlsberg lagers dit keer. De beloning voor
al dat gesjouw met diesel. Vervolgens nog eens twee uur prutsen om de al
geschreven blogs van foto’s te voorzien en te plaatsen.
Bijschrift toevoegen |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten